Jezus

Wie je ouders zijn

Maakt mij echt niet uit

Waar je wiegje stond

Welke taal je sprak

En de kleur van je gezicht

Maakt me echt niet uit

Wat men van je zegt

Interesseert mij niet

Je interpreteert

Je precies citeert

En de uitleg die men geeft

Interesseert mij niet

Wat  je hebt gedaan

Spreek mij veel meer aan

Hoe je leven kunt

Je de liefde deelt

Zelfs tot na je eigen dood

Spreekt mij veel meer aan.

Niemand

Niemand heeft ooit God gezien 

Niemand weet of God bestaat

Maar heel de wereld om je heen 

Is een goddelijk idee.

Niemand kent de naam van God

Is God man of is God vrouw

Maar ik geloof dat God het was 

die de wereld ooit begon

Niemand is de stem van God

Dit is wat God wil van jou

Maar ik luister naar de woorden

Die ik hoor in alle rust.

Iemand vroeg is God liefde

En het goede en de hoop

In de harten van de mensen?

Ja, dat is wat ik geloof!

Hoe komen wij tot elkaar?

Niet met het hoofd maar met het hart
Niet met een mars maar met een wals
Niet met een speech maar met een lied
Niet met een man maar met een Kind
Niet met een fakkel
Maar een ster
Niet met een strijdlied
Maar zachte stem
Niet met de klaarheid van het gelijk
Maar met de twijfel die ruimte biedt
Niet met de leegte van het gewin
Maar met de hand die naar je reikt
Komen wij dichter bij elkaar.

Niet met het bloed van martelaren
Maar het zweet van jou en mij
Niet met het geld van economen
Maar het idee van alleman
Niet met geweld van de pistolen
Maar met geloof van dat het kan
Niet met cynisme van verjaarden
Maar met de hoop dat het nog komt
Niet met de toekomst is van gister
Maar met de dag begint opnieuw
Niet met de haat in onze harten
Maar met het vuur in onze ziel
Komen wij dichter bij elkaar.

Niet met de ander is een vreemde
Maar met een huis voor een gezin
Niet met maar wij zijn niet geholpen
Maar kom ons leven in
Niet met de populaire zinnen
Maar met het ligt genuanceerd
Niet met de opgekropte woede
Maar met hartverscheurend huilen
Niet met we vinden het wel best
Maar dit is waar wij staan
Niet met de vlucht van onze waarden
Maar met een kans voor iedereen
Komen wij dichter bij elkaar.

Advent en Kerst

Steek een kaarsje aan

Want het is advent

Maak wat licht 

In de duisternis

Steek twee kaarsjes aan 

Want het is advent

Ik geloof

In het licht van God 

Steek drie kaarsjes aan

Want het is advent

Nieuwe hoop 

Midden in de nacht

Steek vier kaarsjes aan 

Want het is advent

Liefde blaast

Ons het leven in

Nu het zo ver is

Sta ik in het licht

Van het kind

Dat ons Kerstmis geeft

In een stal

In een stal in Bethlehem

Is Jezus geboren.

In een kribbe lag hij warm

Toen herders dit hoorden:

Volg de grootste ster

Die leidt je door de nacht

Naar de Vredesvorst

Die harten verzacht. 

In een stal in Bethlehem

Klinken woorden van wijsheid:

Het zal niet altijd donker zijn

Als de liefde ons leidt. 

Wees een medemens

Voor ieder hier op aard.

Wordt zoals dit kind

Dat liefde openbaart. 

In een stal in Bethlehem 

Zingt Jozef halleluja

Voor mijn pasgeboren zoon

En lieve vrouw Maria. 

Goddelijk geschenk

Dat is ons gegeven

Die tot na zijn dood

Zien laat hoe te leven.

Mantra voor de moderne mens

Ik loop 

Ik fiets

Ik rij

Ik ga

Geen internet

Geen telefoon

Mijn hoofd wordt leeg

Tegeltjeswijsheid

Een opvoeding in de zindelijkheid

Gaat ten koste van een goed tapijt!

Visser

Midden op het meer drijft een heel klein bootje 

Midden op het meer vist een man op baarzen 

Hoedje op zijn hoofd en zijn voeten in zijn laarzen

Stormt het op het land 

dan golft het op het water 

Bliksem zie je eerst 

En donder hoor je later.

Midden op het meer drijven groene laarzen

Midden op het meer is de visser voer voor baarzen. 

Ruben is jarig

Er hangen slingers en ballonnen
En we zingen hiep hoera
Laat het feest maar vast beginnen
Want je bent al weer een jaar!
Hiep hiep hoera
Hiep hiep hoera
Hieperdepiep, hieperdepiep, hieperdepiep hoera!

Er zijn cadeautjes en visite
En we eten lekker taart
Laat het feest maar vast beginnen
Want je bent al weer een jaar!
Hiep hiep hoera
Hiep hiep hoera
Hieperdepiep, hieperdepiep, hieperdepiep hoera!

Slapen

Waarom slapen wij?

Om tot rust te komen!

Waarom slapen wij?

Zo wordt God niet gek!

Zomer

Zonder slag en zonder zucht

Scheert een meeuw laag door de lucht

Fietsend op de dijkweg zie ik goed

Dat zijn spiegelbeeld hetzelfde doet

En op de bodem van de zee

Vliegt hun schaduw met hen mee. 

Lekker op

Mag ik het donker zien

Ik ben nog lang niet moe

Mag ik het donker zien

Waar gaat de aarde 's nachts naar toe?

Mag ik het donker zien

De sterren en de maan

Mag ik het donker zien

De lichtjes die gaan aan

Mag ik het donker zien

Er is geen mens op straat

Mag ik het donker zien

Want het is zo lekker laat!

Schommel

Schommel, schommel

Heen en weer

Op en neer

Nog een keer

Schommel, schommel. 

Wie A zegt moet ook B zeggen

USA 

USB*

*U say A

U say B

In ons huis

In ons huis staan 1000 tenten

Door de kamer vaart een boot

We bouwen torens en kastelen

Ook al wonen we niet groot. 

Er is plek voor avonturen

Om te vliegen als piloot

En als je even uit wilt rusten

Is er ruimte op mijn schoot. 

Slapen

't Is hoogste tijd om naar bed te gaan

Zodat je weer fris op kunt staan

De zon heeft zijn pyjama aan 

En aan de hemel staat de maan. 

Slak

Er sloop een slome slak eens door het lange gras

Hij hoefde nooit naar huis omdat zijn huis steeds bij hem was

Wat slim toch van dat slome beest

Zo kon hij ver op reis en was hij nooit echt weggeweest. 

De trap

Ik ga omhoog

Ik ga omlaag

Ik stijg niet steil 

Ik daal gestaag

Ik ken de top

Ik ken het dal

Ik voel de klim

Ik voel de val 

Waar je op me bent

Dat doet er niet zo toe

Ik draag je graag

En wordt nooit moe. 

Een dag in mei

Licht is de lucht

Lang is de dag

De nacht wacht om de hoek

Het mooiste

Het mooiste zijn de dagen

Waarop je niets moet doen

Je lief je wakker kust

Met een ochtendzoen.

En verwarmde broodjes

Bij een verlaat ontbijt

Met kleine stukjes fruit

We hebben alle tijd.

Het mooiste zijn de uren

In de zonneschijn

Samen op een bankje

Om het samen zijn

De telefoon vergeten

Allang niet meer online

Je armen om me heen

En liters fijne wijn.

Het mooist zijn de momenten

Waarin je danst in mij

Je hart slaat in de maat

Zorgeloos en vrij

De wereld draait om ons

En ik draai weer om jou

Je bent mijn allerliefste

Je bent mijn mooie vrouw. 

Stadsmens

Ik hoor vogels fluiten in de ochtend

Als een wekker maken ze me wakker

In de vijver hoor ik kikkers kwaken

Wat een herrie toch bij het ontwaken!

Trampoline

Spring, spring, spring

Op de trampoline

Spring, spring, spring

Moet je mij eens zien

Hoe ik spring, spring, spring

Op de trampolien.

Wiebeltrein

Wiebel wiebel trein

Wiebel wiebel trein

Waar ga je naar toe?

Wiebel wiebel trein

Wiebel wiebel trein

Wat rij je toch fijn!

Herdenken wij

Terwijl de mars der doden

Op De Dam te horen is

Klinkt uit de babyfoon

Het favoriete liedje

Van mijn dochtertje en zoon. 

Over schapen die gaan slapen

En hun melk zo zoetjes drinken. 

Als dan de trompettist

Voor twee minuten stilte blaast

En over alleen de vogels nog te horen zijn

Wil zij graag warme melk

Voor het slapen gaan

En hij zijn speen. 

Laten dat hun zorgen zijn

Dan laten zijn als de tijd dat vraagt

Geen medemens alleen.

Vier mei

Vandaag is het de vierde mei

Op deze dag herdenken wij

Aan hen die vielen in de strijd

Opdat wij zijn, voor altijd vrij.

Wie weet hoe de koning heet?

Wie weet hoe de koning heet?

De man van Maxima

Zijn oudste heet Amalia

Maar wie weet hoe de koning heet?

Refrein:

Willem Alexander

Willem Alexander

Willem Alexander

Een forse Nederlander

Wie weet hoe de koning heet?

De zoon van Beatrix

En papa van Alexia

Maar wie weet hoe de koning heet?

Refrein

Wie weet hoe de koning heet?

Het is niet Willem IV

En Ariane zeker niet

Maar wie weet hoe de koning heet?

Refrein. 

Welkom Thuis

Refrein:*
Welkom thuis
Welkom thuis
In dit goddelijke huis
Waar ieder welkom is.

Is je reis pas gestart
Of bijna aan het eind

Refrein

Stond je wieg in dit land
Of kwam je hier pas aan?

Refrein

Ben je arm als de straat
Of in de hemel rijk?

Refrein

Ben je zwart, ben je wit
Of iets er tussenin?

Refrein

Sta je sterk in geloof
Of twijfel je misschien?

Refrein

Lig je dicht aan mijn hart
Of ver bij mij vandaan?

Refrein

 

* Ter gelegenheid van de geboortedankzegging van onze zoon Ruben. 

Van noten voorzien door Anton Visser.

Gedicht Geboortedankzegging Ruben

Heer, ik heb de hoop hier in mijn handen

Die zo sterk afhank’lijk is van ons

Wilt u helpen het te voeden en beschermen

Tot het groot en zelfverzekerd is.

Heer, alleen is dat niet licht te dragen

Daarom staan wij hier in deze kerk

Alle mensen willen wij graag vragen

Niet alleen, maar samen staan wij sterk.

Aapjes kijken

Er zaten drie apen

Netjes op een rij

Ze krabden hun billen

Tot er eentje zei:

Ie ie ie aa aa aa

Oe oe oe oe oe

Ie ie ie aa aa aa

Oe oe oe oe oe

En als je een beetje

Aaps spreekt zoals wij

Dan weet je heel zeker

Dat de grootste zei:

De neus van de juffrouw 

Lijkt op die van mij.

Ie ie ie aa aa aa

Oe oe oe oe oe

Kietelen

Ik kan heel goed tegen kietelen

Kietel mij maar eens

Hi hi hi

ha ha ha

Ho ho ho

Kietel mij niet zo

Hi hi hi

ha ha ha

Ho ho ho

Kietel mij niet zo

Gekke dromen

Mijn raam vliegt aan een vogel zo voorbij

Ik fluit naar hem

Hij kijkt naar mij

Ik fladder met mijn vleugels

Hij haalt zijn schouders op. 

Dit is een gekke droom

De wereld op zijn kop. 

Hij vraagt:

Gaat dit nog ergens heen?

Ik tjielp verlegen:

Neen.

Stijger

Hoe zet je stijgers in een steeg?

Opgetrokken aan één poot!

Vastgeklonken aan de muur!

Hoog boven mijn hoofd!

Zeker niet te breed!

En uitgezakt tot op de grond!

Zoals dat Abraham Dolesteeg dat deed:

Stelletje smallestegenstijgerprutsers dat ze daar zijn!

Neem dan de Zwaansteeg, 

Die weten hoe het hoort!

Zegt het voort, zegt het voort!

Klok

Hoor je de klok

Tikken op de kast?

Tik, tik, tik,

Tak, tak, tak,

Tok, tok, klok.

40 graden koorts

Ziek zijn

Is hangen en huilen

Geen zin in spelen

Ziek zijn is stom

Raadselgedicht 01

'k Heb vlekken in mijn nek

En vlekken op mijn kont. 

Ik maak het veel te bont 

Met een vlek op elke plek.

Readymade begroeting

Gehoord op de gang:

Hé, hallo, hé hai!

Excusez le mot

Kanker is kut

Als je het hebt

Ben je de lul

Onderweg

Het is heel vroeg in de ochtend

En we zijn al weer op pad

Zelfs de zon is nog niet wakker

Als we fietsen door de stad. 

Jij hoort alle vogels fluiten

En vertelt me wat je ziet

Ook al lag ik graag te slapen

Dit is waar ik van geniet. 

Jij beleeft veel avonturen

Neemt me mee naar dit moment

Alles is vanzelf fantastisch

Als je zo opmerkzaam bent. 

Ik was onderweg naar zorgen

Maar die maak jij ongedaan

Deze reis is de bestemming

Die oneindig door mag gaan. 

Regenliedje

Hoor je de regen

Boven op het dak

Tikketikketak

Tikketikketak

Dikke regendruppels

Spetterspetterspat

Kledderkleddernat

Kledderkleddernat

Schone Geschiedenis

Er is steeds meer was

Des te meer was er is.

Zocherpark

Er zijn maar weinig joggers die het weten.

Als ze in het park van Zocher rennen/zweten:

Dat ze hollen langs cipressen

Langs de lindes en de iepen;

Wanneer de witte moerbei staat te bloeien

En de gouden regen volle trossen draagt. 

En er zal geen jogger zijn die even afslaat

Richting Nieuwe Gracht en Oude Hortus

En bij de kiespijnboom dan stilstaat

En de kans is ook bijzonder klein

Dat hij gelooft dat daar

Een boom die ruikt naar pindakaas zal zijn.

Toch kom je die daar zeker weten tegen.

Alles lijkt een groene waas te zijn

Voor hen die nooit eens stilstaan. 

Die zien niet de planeten

Of tenminste dan de Manen-, 

Sterren of de Sonnenborgh. 

Die rennen naar het einde

En hebben onderweg ontzettend veel gemist

Ze zijn een ware gruwel voor elke botanist. 

Mist

Als het mist

Mist alles

Door de mist. 

Behalve dan de mist

Die mist nooit

Als het mist. 

Mieke, 21 maanden

De wereld is mijn tekenblad

Ik kras en kleur op alles wat.*

*Vrij naar een grote dichter

Langzaam lente

Langzaam wordt het langer lichter

Want de lente komt er aan. 

Langzaam is het licht er

Als je op moet staan.

Langzaam is het lichter

Als je weer naar bed wilt gaan.

Over een exoot

De stad is vol exoten

(Meer dan je zou denken).

Zo staat stil een vijgenboom

In de schaduw van platanen

Aan de werfmuur vrucht te dragen.

Ik zag hem pas naar jaren

Bij toeval naast die reuzen

Z'n allerbest te doen.

Hoe kon ik hem zo missen

Dat ik nu eens niet weet

Hoe hij in de seizoenen

Verandert van gezicht,

Hoe hij bij weer en onweer,

Bij nachtelijk en daglicht,

Zijn bladeren laat hangen,

Zijn schaduwen laat vallen.

Nee, ik weet niet eens

Of hij ruist zelfs in de wind,

Of hij kraakt tussen de stenen,

Of hij elk jaar verder groeit,

Of hij ooit ook is gesnoeid.

Man, wie heeft je zo geplant,

Hangend aan de kade

Of ben je daar bij toeval

Door de wind hier aanbeland?

Wordt je ooit gerooid

Dan zal ik ik ieder zeggen

Hier hing ooit een vijgenboom

Zijn allerbest te doen.

Festina Lente

Haasten helpt niet

Altijd is de trein te laat

Of staat de file vast

Haast je daarom langzaam

langzamer dan Vasalis zeggen zou

Weesbrug

De Weesbrug voor Kytopia

Is een geschikte plek

Om overdag te dromen

Van wat hier is geweest:

De rijen voor de Tivoli

Voor een geweldig feest.

En doe ik dan mijn ogen dicht

Om verder t'rug te gaan

Dan mengen zich de Duitsers

Met krakers in mijn geest.

En Heintje die daar dapper zingt

Ik kom nooit meer weer,

Een monnik kijkt verwonderd op

Als hij de bijbel leest;

Hij hoort de kinderstemmen

Soms vrolijk of bedeesd

Van wat hier later komen zal

Zo klein maar al verweesd.

Doe ik mijn ogen open

Is het heden op de brug

En blaast Kyteman

Als een zomerbries

Mij dichter naar jou toe.

We lunchen samen in de zon

Dit moment hier in de tijd

Mis ik straks vast het meest.

Reguliersteeg

Onopvallend, te bescheiden

Loop je er zo maar aan voorbij

Een steeg is meer dan enge muren

Van een meter zij tot zij. 

Deze steeg verbindt twee kanten

Van dezelfde wereld met elkaar

Als een ware Jakobsladder

De aarde hier de hemel daar. 

Zij wordt langzaamaan steeds groter

Voor wie hier al wat langer woont

Het breidt zich uit met binnentuin

En plein dat plotseling zich toont. 

De steeg ligt midden in de stad

De klokken kun je er goed horen

De Arm is handig om de hoek

Dichtbij is de Dom; de kerk en toren. 

Maar het mooiste zijn de rozen 

Van de koster in het zomerlicht

En toeristen aan het vozen

Goed gehoord maar uit het zicht. 

De Oudegracht

De Oudegracht

Stroomt dwars door de stad

Langs werven, kelders, bomen.

En huizen eeuwenoud

Zien al dat water komen. 

De bruggen kromgebogen

Van de Tolsteeg tot De Weerd

Overschaduwen het water

Dat in de stad verkeert.

En kijk je uit de hoogte

Van de Dom op alles neer.

Dan denk je panta rhei

De Oudegracht, die blijft

Maar wij gaan weer voorbij.